Hond

Afwijkend gebit van de hond

Bij de hond komt een aantal gebitsafwijkingen voor. Een aantal voorbeelden zijn…

Een verkeerde stand van de snijtanden:

Als de ondersnijtanden net achter de bovensnijtanden vallen noemen we dit een scharend gebit. Dit is de juiste stand. Als de onder- en bovensnijtanden op elkaar staan dan heet dit een tanggebit en als de ondersnijtanden voor de bovensnijtanden staan dat noemen we dit een onderbeet.

Wisselproblemen: als de melktanden te lang blijven zitten kunnen deze voor standveranderingen zorgen. We noemen dit persisterende melkhoektanden.

Glazuurbeschadigingen: door infectieziekten kunnen tandproblemen ontstaan …

 Ook zullen we het gevaar van een afgebroken melkhoektand bij een pup behandelen.

En we behandelen breuken in tanden en kiezen: wat dan te doen extractie of een wortelkanaalbehandeling.

 Als de tanden of kiezen bij het wisselen niet goed doorkomen of beter gezegd niet boven het slijmvlies te zien zijn dan noemen we dit een doorbraakstoornis.

 Teveel of te weinig tanden of kiezen komen ook aan de orde net als tandverkleuringen.

En wat te doen bij een veel te lange of te korte onderkaak: een bovenbeet of een onderbeet.

We zien ook bij de hond tandresorptie wat we eigenlijk vooral bij de kat zien.

Hond