Konijn

Rhinoscopie bij een konijn: wat gaan we doen en wat zijn de kosten!

We adviseren om eerst met antibioticum en het spoelen van de neus te beginnen!

In 30-40% van de gevallen is het probleem dan al opgelost.

Verder onderzoek – rhinoscopie, dentale röntgenfoto’s en belangrijk wat zijn de kosten?

Als er snot en/of niezen bij een konijn aanwezig is en de eerste behandeling met medicijnen en neusspoelingen werkt niet, dan gaan we een stap verder: we gaan diagnostiek inzetten met röntgenfoto’s en voeren een rhinoscopie uit. Als we met een scoop in de neus kijken heet dit rhinoscopie. We gaan in de neusholtes van een konijn kijken met een dunne scoop van 1,9 mm en/of 2,4 mm. Indien we pus tegen komen zuigen we dit weg met dunne afzuigbuizen. 

Hiervoor hebben we speciale dentale röntgen- en endoscopieapparatuur in huis, waarbij we door diverse smalle endoscopen diep in de neusgangen kunnen kijken. Als je met een endoscoop in de neus gaat kijken dan heet dit rhinoscopie. We kunnen dan gelijk een behandeling inzetten met behulp van dunne afzuigbuizen (5 – 7 french) en diverse smalle happertjes, zo kunnen we de neusgangen vrij maken van snot en voorwerpen die er niet horen.

Let op de kosten en het anesthesie risico!

De kosten van een verder onderzoek met dentale röntgenfoto’s en rhinoscopie met een behandeling bij een konijn, zijn tussen de 400 en 600 euro. Het prijsverschil zit in de tijd die we ermee bezig zijn, de materialen, de medicijnen en eventueel verder onderzoek. We raden dus sterk aan om eerst een medicamenteuze behandeling uit te voeren voordat we een stap verder gaan. Zeker omdat er een anesthesie risico van 3 – 5 % is dat een konijn niet wakker wordt bij deze behandeling!

Rhinoscopie onder verdoving uitgevoerd ….

Deze handeling kan alleen uitgevoerd worden bij een konijn dat onder verdoving is. We plaatsen het konijn van te voren in een zuurstof kooi om te pre-oxygeneren. Dit doen we om het konijn optimaal voor te bereiden op de verdoving. Met injectieanesthesie geven we een lichte verdoving en beginnen met de inspectie de tanden en de kiezen met een loepbril en onze dentale endoscoop. Daarna gaan we dentale röntgenfoto’s maken. Hierna wordt er een tracheale tube in de luchtpijp geplaatst om zuurstof en isofluraan gasnarcose te geven gedurende de behandeling. Na de behandeling krijgt het konijn een antiverdovingsmiddel en wordt het in de zuurstof en warmte gelegd om in een optimale omgeving wakker te worden.

Anesthesie risico ….

NB: Er is een klein risico (van 3 a 5 %) dat een konijn bij een rhinoscopie niet wakker wordt uit de verdoving. Dit risico is hoger dan bij bijvoorbeeld een gebitsbehandeling bij een konijn. Een konijn met snot kom met een bemoeilijkte ademhaling vooral omdat het konijnen zijn waarbij de neusademhaling kan worden belemmerd. Als we het verdovingsrisico te groot vinden dan zullen we dit vooraf aan een behandeling met de eigenaar bespreken en kijken of we een andere manier van behandeling of onderzoek kunnen aanbieden. We hebben meegemaakt dat een eigenaar voor een behandeling van een neusprobleem kwam, maar dat de oorzaak van de bemoeilijkte ademhaling in de borstholte was te vinden.

Dentale röntgenfoto’s ….

We maken sinds 2016 dentale röntgenfoto’s met de Durr CR7. Deze röntgenfoto’s geven veel meer detail dan de normale röntgenfoto’s die we in het verleden gebruikten. Deze manier is goed voor borst en buikfoto’s en foto’s van de botten maar niet van het gebit en de neusholte je hebt dan te weinig detail.

Bij de rhinoscopie maken we eerst dentale röntgenfoto's

We gebruiken twee standaardopnames: een extra orale laterale opname en een intra orale dentale röntgenfoto opname: een foto waarbij we de dunne fosforplaat in de mond inbrengen.

Welke opname richtinen gebruiken we bij rhinoscopie

Hieronder zie je hoe het eruit ziet op de röntgenfoto’s

Bij de rhinoscopie maken we eerst dentale röntgenfoto's zie hoe het eruit ziet

Mocht je willen weten wat er te zien is ga dan naar: snot door rinolieten ….

Sinds 2016 zijn we rinolieten in de neusgangen op het spoor gekomen door onze nieuwe manier van dentale röntgenfoto’s maken.

Bij een rhinoscopie maken we gebruik van en laterale röntgenfoto en een intraorale röntgenfoto. Als we aanwijzingen hebben dat er een tand of kieswortel probleem of een traanbuisprobleem is dan gaan we nog meer röntgenfoto’s maken met andere richtingen.

We voeren een keelinspectie uit en intuberen het konijn ….

Nadat we de tanden en kiezen hebben nagekeken en rötgenfoto’s hebben gemaakt gaan we een keelinspectie uitvoeren en als alles normaal is gaan we een tracheatube in de luchtpijp inbrengen om gasanesthesie te kunnen geven bij de rhinoscopie.

Voor een rhinoscopie voeren we een keelinspectie uit en intuberen de luchtpijp

We brengen een tube in de trachea of gebruiken een V-gel die zijn opening over de luchtpijpopening legt. Dit om te voorkomen dat als je de neusholtes gaat uitspoelen dat er fysiologisch zoutoplossing (het spoelmiddel) in de luchtpijp loopt en naar de longen gaat.

NB: we zullen altijd proberen om alleen met afzuigen en niet met spoelen te werken.

Rhinoscopie met een dunne kijkbuis ….

Als we met een endoscoop in de neusholtes kijken dan noemen we dit een rhinoscopie. We hebben video-endoscopen in diverse maten die in de neus van een konijn passen. Met een rhinoscopie moeten alle neusgangen worden nagekeken. Vergeet vooral de bovenste laterale neusgang niet, als daar een rinoliet of grasspriet zit dan kun je deze niet wegspoelen.

Met rhinoscopie moeten alle neusgangen worden bekeken

We gaan met de rhinoscoop vooral op zoek naar afwijkende neusgangen en of er een vreemd voorwerp in de neus aanwezig is.

Met rhinoscopie moeten alle neusgangen worden bekeken

Diverse maten ….

Konijnen heb je in verschillende groottes en we hebben rhinoscopen in verschillende maten: van 1 mm tot 2,4 mm dikte.

Hoe smaller de scoop hoe makkelijker je in de neusholte kan komen, helaas is het wel zo dat des te smaller de scoop is des te kleiner het beeld is of des te minder goed beeld je hebt. Zie hieronder wat we hiermee bedoelen: hoe kleiner de scoop des te kleiner het beeld.

Diverse maten rhinoscopen geven diverse maten van beeld

Dr. Fritz video-endoscoop ….

Eigenlijk heeft onze Dr. Fritz het mooiste en scherpste beeld. Alleen heeft deze wel een doorsnede van 2,4 mm en is er geen werkkanaal, je moet met een tang of sonde naast de scoop werken.

Dr. Fritz video endoscoop

2,4 mm rhinoscoop met werkkanaal ….

We hebben een scoop van 2,4 mm waarin een 1,9 mm videoscoop zit en een werkkanaal van 1 mm doorsnede. Deze is net groot genoeg om de neusgangen goed uit te spoelen of met een klein happertje naar binnen te gaan om een grasspriet vast te pakken.

2,4 mm scoop met werkkanaal erin

Het grijpertje dat door het werkkanaal kan gaan: heeft een zeer kleine bekje om iets te pakken.

Het grijpertje dat door het werkkanaal kan

Als voorbeeld een basket die we door het werkkanaal kunnen steken om een blaassteen vast te pakken

 

Een multifunctionele scoop ….

Ook kunnen we met deze scoop met werkkanaal

via de plasbuis in de blaas komen en dan door het

werkkanaal een netje in de blaas inbrengen om

een steen te pakken en uit de blaas trekken.

Zie de foto hiernaast.

1,9 mm scoop ….

We hebben een korte 1,9 mm scoop die goed te gebruiken is, deze geeft een redelijk mooi beeld.

1,9 mm scoop

Het is een scoop met 1,9 mm diameter zonder werkkanaal.

Nadeel: er is geen werkanaal aanwezig.

Voordeel: er is meer ruimte voor een grotere afzuigbuis of een happertje om langs de scoop te werken met een tweehandige techniek.

Hieronder is een voorbeeld van een tweehandige rhinoscopietechniek. In de ene hand houden we de scoop en in de andere hand de afzuigbuis of het happertje.

Het is even oefenen maar het werkt uiteindelijk veel makkelijker en je kunt veel grotere afzuigbuizen of happers gebruiken.

We gebruiken een twee handige techniek bij de rhinoscopie 1e hand de scoop 2e hand het afzuigbuisje

Verschil tussen door de scoop en naast de scoop werken:

1,0 mm scoop

1,0 mm scoop ….

We hebben een hele dunne lange 1.0 mm scoop. Deze is eigenlijk te dun om zonder bescherming = mandrijn te gebruiken. Met de beschermhuls wordt de scoop 1,3 mm dik. Dan kan er wel gespoeld worden door deze beschermhuls. Een werkkanaal is er niet, het is eenvoudig weg te klein. Wel kan er een soort aanpriknaald over de huls geplaatst worden en dan kun je weefsel uit de diepte van de neus aanprikken, om zo de cellen te laten onderzoeken. Kijk verder bij een tumor in de neus.

1,0 mm scoop

Sinds kort hebben we een 1,6 mm scoop die we kunnen gebruiken. Deze semiflexibele scoop is 1,6 mm dik en heeft een werkkanaal van 0,8 mm.

1,0 mm scoop

Een rhinoscoop is handig om iets in de diepte in beeld te brengen ….

We kunnen met onze scopen de problemen in de neusgangen in beeld brengen en vastleggen met foto’s en/of films. Naar onze mening is het belangrijk om deze rhinoscopie te combineren met dentale röntgenfoto’s om te zien of er rinolieten aanwezig zijn in de neus of dat er een tand- of kieswortelprobleem aanwezig is.

Tijdens de rhinoscopie maken we gebruik van sondes met een afzuigsysteem en happertjes in diverse maten.

Zie op de komende pagina’s de verdere toelichting van de problemen waardoor snot ontstaat ….

Percentages van hetgeen we hebben gevonden bij de rhinoscopie bij meer dan 100 konijn

Van 2016 tot 2018 hebben we bij meer dan 100 konijnen een rhinoscopie uitgevoerd.

We zijn daarbij het volgende tegen gekomen:

– snot – niezen door stof (in hooi en stro)

– snot door rhinitis = besmettelijke snot = bacterieel probleem

– snot door iets in de neus – grasspriet – corpus alienum

– snot door rinolieten = verkalkingen in de neusgangen

– snot door een tand – kieswortel probleem

– snot door een abces in de neusholte

– snot door een tumor

– snot door een traanbuis probleem

– snot door sinisitus – sinus maxillaris

We zullen op de volgende pagina’s de verschillende oorzaken van snot toelichten ….

Konijn